Aan tafel met de staatssecretaris

28 juli 2022

Op 29 juni heeft er een gesprek plaatsgevonden met het ministerie van VWS, in aanwezigheid van staatssecretaris Maarten van Ooijen. Gebruikers en niet-gebruikers van de verwijsindex waren vertegenwoordigd en wisselden met elkaar van gedachten over de toekomst van de VIR.

Wethouder Maarten Struijvenberg gaf aan dat de verwijsindex in Rotterdam intensief gebruikt wordt en deed een warm pleidooi voor het behoud ervan.

Merian Bouwmeester, adviseur bij de NCJ, vertelde over haar onderzoek bij de GGD GHOR naar het gebruik van de verwijsindex. 70% van de respondenten gaf aan ermee te werken en een krappe meerderheid gaf daarbij ook aan nieuwe informatie te verkrijgen vanuit de verwijsindex. Zij zien de meerwaarde doordat het een snel en effectief systeem is. Daarnaast zien zij de effectiviteit van de gezinsmatches en het feit dat jeugdigen niet uit het zicht verdwijnen bij verhuizing.

Systeem dat professionals verbindt

Sanne de Moel vertelde over het gemis van de verwijsindex in de periode dat zij werkte als Wmo consulent. “Jeugdigen weten echt niet altijd meer wie hun geholpen heeft, laat staan dat ze contactgegevens hebben. In de tweede evaluatie werd jongeren naar hun mening over de verwijsindex gevraagd. Zij keken allen positief aan tegen een systeem dat professionals verbindt. Voor organisaties die jeugdhulp leveren, voegt de verwijsindex niet altijd wat toe, maar zij maken zich met de verwijsindex ook zichtbaar voor een ander, zoals bijvoorbeeld een school die met zorgen zit en niet weet dat er al hulpverlening betrokken is of een professional die later betrokken raakt.”

Sanne gaf aan dat de gemeenten in Noord-Holland Noord de aanbevelingen uit de eerste evaluatie ter harte genomen hebben en 2 relatiemanagers hebben aangesteld om het gebruik te bevorderen en dat dat een succes was.

Ronald Buitenhuis, senior beleidsadviseur jeugdhulp gemeente Zwolle, gaf aan verbaasd te zijn over de betogen tot behoud van de verwijsindex. Volgens hem is uit meerdere onderzoeken gebleken dat de werking beperkt is en doorgaan is wat hem betreft geen optie. Het grootste deel van de signalen komt uit Rotterdam, 10 anderen zorgen voor bijna de andere helft, 21 convenantgebieden gebruiken de verwijsindex helemaal niet. Hij ziet wel meerwaarde in de landelijke matches maar als het na 11 jaar nog steeds niet werkt zoals bedoelt moet je stevige keuzes maken.

Red: Er zijn 24 convenantgebieden bij MULTIsignaal aangesloten, hetgeen 70% van alle gemeenten betreft. Wij herkennen de cijfers die Ronald Buitenhuis noemt niet. Wel is het zo, dat om de meerwaarde van de verwijsindex te kunnen ervaren, de verwijsindex breed, door organisaties over de verschillende domeinen heen, gebruikt moeten worden. De resultaten in Rotterdam en Noord-Holland-Noord laten zien dat de verwijsindex die meerwaarde levert. Dit geldt overigens niet alleen voor de regio’s die aansloten bij het overleg.

Communicatie naar ouders kan beter

Karin van Ooijen, beleidsmedewerkers/lobbyist/belangenbehartiging van Balans (oudervertegenwoordiging), gaf aan dat Balans de verwijsindex wil afschaffen en gemeenten geen mogelijkheid wil geven zelf iets in stand te houden. Volgens haar wordt met grote regelmaat ten onrechte gebruik gemaakt van de verwijsindex. Er wordt door veel gemeenten standaard gemeld in de VIR bij een aanvraag voor jeugdhulp of een melding bij leerplicht en ook scholen voor speciaal basisonderwijs melden standaard. Ouders worden vaak niet geïnformeerd en ook het vragen van toestemming voor het uitwisselen van informatie gebeurt niet.

Red: Ook MULTIsignaal is van mening dat de communicatie naar ouders transparanter kan. Daarom is in samenwerking met de gemeente Haarlem en de regio Amsterdam de inzageknop ontwikkeld, een nieuwe functionaliteit waarmee je ouders kunt laten zien, wat er in de verwijsindex over hun kind bekend is.

Vervolgens stelde de staatssecretaris een aantal vragen:

  • Hoe verhoudt de administratieve last zich tot het feit dat 2/3 bij de GGD aan had gegeven meerwaarde te ervaren?
    • Het signaleren in de verwijsindex kost weinig tijd helemaal als je gebruik maakt van een koppeling. Organisaties afbellen voor de juiste contactgegevens kost meer tijd.
  • Wat zijn de succesfactoren in Rotterdam?
    • Inzet van mensen en vastleggen in protocollen, subsidieafspraken en contractafspraken.
  • In Zwolle wordt aangegeven heel goed samen te werken met de wijkteams? Is dat een alternatief of was het er ook gekomen als jullie wel met de VIR gewerkt hadden?
    • Dan was het er waarschijnlijk ook gekomen.

Red. Hiermee geeft men aan dat de wijkteams geen alternatief zijn voor de VIR. Wij zijn van mening dat de VIR juist een handig instrument is voor de wijkteams om in contact te komen met andere betrokken professionals buiten hun eigen netwerk. Wij zijn van de en-en oplossing.


De staatssecretaris verwacht kort na de zomer een besluit over de motie en deed een oproep om nog aanvullingen te doen als er dringende zaken niet besproken zijn.